Met vaste planten in je tuin zorg je voor een goede basis waar je jaar in jaar uit van op aan kan. Maak kennis met deze rotsvaste plantenmix van GroenRijk en bouw een fijne relatie met ze op.

Grote plantenfamilie 
Vaste planten zorgen ervoor dat je altijd verzekerd bent van een groenrijke tuin. Deze kleurrijke vaste planten staan goed langs paden of borderranden, tussen stenen, over muurtjes of in rotstuinen:

Aandachtstrekker Aubrieta gracilis
De eerste bloemen van de Aubrieta gracilis bloeien van april tot en met juni. Deze bodem-bedekker wordt, vanwege de polvorm en de bloemenkleuren, ook wel blauwkussen genoemd. Er bestaan ook paarse, witte en donkerrode variaties. Deze plant haalt een maximale hoogte van ongeveer 15 cm, is wintergroen en kan strenge vorst prima aan. Hij vraagt om zon of halfschaduw en wat kalkrijke, goed doorlatende grond. 

Snelle Saxifraga arendsii
De bloemen van deze bodembedekker steken op stelen uit boven een deken van blaadjes. Er zijn soorten met witte, rode, roze of paarse bloemen. Ze bloeien vanaf april tot juni. De maximale hoogte varieert tussen 10 en 20 cm. De Nederlandse naam steenbreek wil niet zeggen dat hij je tuin ruïneert; de plant zou alleen, als medicijn, nier- en blaasstenen breken. Deze bikkel kan goed tegen droogte en houdt van een plekje in de zon.

Vlammende Phlox
De geurige vlambloem of Phlox is populair onder vlinders, bijen én tuinliefhebbers. De wilde soort is felrood, maar de stervormige bloemen van de meer dan 70 tuinsoorten hebben uiteenlopende kleuren met een contrasterende tint in het hart. Naast laagblijvende soorten, zijn er ook hogere Phloxen die tot zelfs 1,60m kunnen uitgroeien. De winterharde Phlox houdt van humusrijke grond en van zonlicht of halfschaduw. Sommige soorten bloeien al in april, andere in de zomer.

Intrigerende Iberis sempervirens 
De altijd groene Iberis sempervirens vormt van april tot juni vaak een bol kussen vol compacte witte of roze bloemetjes. Door de twee grote en twee kleine blaadjes van de bloemen lijken de kelkjes scheef te groeien, vandaar de Nederlandse naam scheefkelk. De plant houdt van zon, of halfschaduw en groeit snel uit tot een hoogte van maximaal 25 cm. Al te lange stengels kun je na de bloei snoeien, zodat de mooie vorm behouden blijft.